|
|
|
|
|
Raadt, O.L.E. de. |
Voor dengene, die de studie der ratten in Nederlandsch-Indie thans ter hand zou willen nemen, zou het zeer zeker uiterst bezwaarlijk zijn, zich met betrekking tot de nomenclatuur dezer knaagdieren te orienteeren; als onmiddellijk gevolg eener onjuiste determinatie eenerzijds en een lichtvaardig beschrijven van nieuwe ondersoorten anderzijds is namelijk in den loop der laatste 15 jaren een zoodanige verwarring in de Indische rattenamen ontstaan, dat er ongetwijfeld dringend behoefte bestaat aan een wegwijzer op dit gebied, zoodat men oogenblikkelijk weet, welke rat in casu wordt bedoeld. In de volgende ljjst nu vindt men niet alleen een overzicht aangegeven van de namen der Indische ratten, zooals deze voortaan behooren te luiden, doch tevens de... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
Palavras-chave: 42.84. |
Ano: 1933 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/318237 |
| |
|
|
Raadt, O.L.E. de. |
In 1903 beschreef Bonhote 1) onder den naam van Mus bukit een rat, afkomstig van het Maleische schiereiland (Jalor); aangezien nu deze R. bukit ook op Java voorkornt en in de Indische literatuur eertijds onder den naam van R. jerdoni Blyth te boek stond, is het zeer zeker de moeite waard eens na te gaan, op welke wijze de naam bukit ontstaan is; men kan nu bij Hossack 2) het volgende hierover vinden, hij schrijft (blz. 4): „Mr. Bonhote admits that a series of M. bukit agreed exactly with a series sent home by Mr. Lyle from Assam and recorded by Mr. Bonhote himself as M. jerdoni. Nevertheless, not only does he retain the name of M. bukit, but he places it in a different subgroup from M. jerdoni, namely, that of M. griseiventer 1). M. pellax is practically a... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
Palavras-chave: 42.84. |
Ano: 1933 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/318959 |
| |
|
|
Raadt, O.L.E. de. |
Javaansche Boomrat. Kort geleden is door Sody 1) betoogd, dat de naam rufescens voor de Javaansche boomrat volkomen onbruikbaar zou zijn en daarom vervangen moet worden door dien van R. r. roquei Sody; als eenige reden hiervoor geeft hij op, dat zoowel de boomrat van het Maleische schiereiland als die van Java daarom geen rufescens kan zijn, omdat zij, in tegenstelling met de door Gray beschreven echte rufescens uit Britsch-Indie, nooit een grijsachtig-witte kleur aan de buikzijde zou hebben en bovendien steeds een scherpe afscheiding tusschen de kleuren der rug- en buikzijde zou vertoonen. De groote vraag is nu maar, welke waarde aan deze beide criteria moet worden toegekend, als men hierbij het volgende overweegt: le. Gray 2) geeft in zijn beschrijving... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
Palavras-chave: 42.84. |
Ano: 1931 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/318617 |
| |
|
|
Raadt, O.L.E. de. |
In mijn publicatie: „Een critische beschouwing over de huidige nomenclatuur der Indische ratten" (dit Tijdschrift XIV, 1931, biz. 184—189) schreef ik, dat men op grond van de door mij indertijd beschreven voetzool verschillen tusschen de Javaansche huis- en veldrat (1) mag verwachten, dat R. r. jalorensis als veldrat een voetzool zal blijken te hebben van het type der Javaansche veldrat (brevicaudatus), terwijl de boomrat als klimrat een voetzool zal blijken te hebben van het type der Javaansche huisrat (diardi). Nadien ben ik door de vriendelijkheid van Prof. Dr. E. D. VAN OORT in de gelegenheid geweest, om 17 paar voeten van R. r. jalorensis Bonhote uit Malaka (in formaline geconserveerd) te onderzoeken en heb ik aan de hand van dit materiaal met... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
Palavras-chave: 42.84. |
Ano: 1931 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/318477 |
| |
|
|
Raadt, O.L.E. de. |
Iedereen, die de ontwikkeling der rattenstudie in Ned.-Indië van nabij gevolgd heeft, moet het zonder twijfel opgevallen zijn, dat vooral in den loop der laatste 15 jaren de verwarring in de nomenclatuur dezer knaagdieren onrustbarend is gestegen en wel hoofdzakelijk als gevolg der omstandigheid, dat voortdurend nieuwe subspecies op allerminst vaststaande gronden worden beschreven. Met betrekking tot de volgende ratten zal ik dit nader verduidelijken, waarbij het, uit den aard der zaak, niet mogelijk zal blijken, critiek te vermijden. 1°. Volgens SODY(1) komen tusschen R. concolor ephippium Jentink en R. concolor equile Robinson en Kloss trapsgewijze overgangen voor. Als dit juist is, zou het niet anders dan een weldaad beteekenen den naam equile zoo... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
Palavras-chave: 42.84. |
Ano: 1931 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/319047 |
| |
|
|
|