|
|
|
|
|
Pel, H.S.. |
De afbeelding, welke ik heden wensch bekend te maken, heeft haar ontstaan aan de volgende omstandigheden te danken. Na mijne terugkomst van de kust van Guinea mij eens met den Heer SCHLEGEL over de dieren der Goudkust onderhoudende, kwam ons gesprek ook op den hoogst zeldzamen Aposô, Stenops potto, en ik deelde dien Heer het weinige mede, dat ik over de levenswijze, zeden, houding, enz. van dit merkwaardige dier had kunnen waarnemen. Het was toen, dat de Heer SCHLEGEL een potlood ter hand nam, en eene schets van de houding, de physionomie, den vorm der teenen, enz. van dit dier maakte, in een woord het dier daarstelde zoo als het met het vallen van den avond, door de laatste stralen der ondergaande zon verlicht, op de takken van eenen hoogen boom... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
|
Ano: 1852 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/504329 |
| |
|
|
Herklots, J.A.. |
Il n’y a pas longtemps encore que, profitant de l’obligeance de M. le professeur VAN BENEDEN, je passai en revue quelques parties du Musée intéressant que l’Université de Louvain doit à ses soins et à son zèle infatigable. Il me fut permis de prendre toutes les notes, que je croyais pouvoir servir à mes études, avec une libéralité qu’on rencontre souvent, mais qui n’en a pas moins de titres à mes remerciments sincères. Je ne crois pouvoir mieux la reconnaître qu’en faisant profiter la science des observations que j’ai été mis à même de faire. Pour le moment je donnerai la description de deux espèces de Crustacés, qui m’ont paru nouvelles. C’est en premier lieu le magnifique crabe de l’Amérique, représenté sur la planche fig. I. Appartenant au genre Hepatus... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
|
Ano: 1852 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/503950 |
| |
|
|
Vrolik, W.. |
Vreemd is het, maar intusschen door de geschiedenis der wetenschap steeds bevestigd, dat er enkele diersoorten zijn, hoewel niet bepaald tot de zeldzame behoorende, tot wier kennis men niet dan met groote moeite en als het ware stuksgewijze geraakt. Dat onder deze vooral de Lamantinen behooren, zal wel geen onderzoeker der natuur mij tegenspreken. In den jare 1836 nog eindigde F. CUVIER in zijne Histoire naturelle des Cétacés, Paris 1836, p. 21, het overzigt van de natuurlijke geschiedenis van den Manatus Americanus (Lamantin de l’Amérique méridionale) met den wensch, dat spoedig een verlicht natuurkenner in de gelegenheid mogt gesteld worden, om dit zoo belangrijk dier te kunnen waarnemen en zijne beschrijving te voltooijen. Sedert hem zijn slechts vier... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
|
Ano: 1852 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/504662 |
| |
|
| |
|
|
Schlegel, H.. |
Er was langen tijd slechts eene soort van dit door Lacepède gevormd geslacht bekend. Dit was de Trigla cataphracta, Linné , die in de Middellandsche zee gevonden wordt. Eene tweede soort, Peristedion orientale, uit de Japansche zee, werd door ons in 1844 beschreven en afgebeeld. Zie Fauna japonica, Pisces, p. 37, tab. 14, fig. 5 en 6. |
Tipo: Article / Letter to the editor |
|
Ano: 1852 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/504214 |
| |
|
|
Schlegel, H.. |
In het overzigt gegeven door ons en Dr. S. MÜLLER , in de Verhandelingen over de Nederl. Overzeesche bezittingen, Zoologie, Visschen, blz. 9 en verv., hebben wij dertien aan ons bekende soorten van het geslacht Amphacanthus, uit den Indischen Archipel afkomstig, opgeteld. Onder deze was reeds de eene der hier boven vermelde soorten, A. vulpinus, aangevoerd en gekenschetst. De tweede A. puellus werd door den Heer FORSTEN, aan de kust van Ternate verzameld, en later aan het Rijks Museum gezonden. Hij deed ons tevens toekomen, naar het leven gekleurde schetsen van beide soorten, wier beschrijving en afbeelding wij nu in staat zijn, volledig te kunnen geven. |
Tipo: Article / Letter to the editor |
|
Ano: 1852 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/504306 |
| |
|
|
Pel, H.S.. |
Dit dier, in Soedan door CLAPPERTON en DENHAM waargenomen, werd voor het eerst onder bovenstaanden naam, als zelfstandige soort, door Gray (1) aangevoerd. Gray is van meening, dat tot dezelve ook de in Abyssinië levende wilde buffel behoort, welken RÜPELL waargenomen, verzameld en onder den naam van Bos cafer heeft opgegeven. Gray heeft dit dier met den gewonen buffel vergeleken, maar de Heer SCHLEGEL, de Zoogdieren, bldz. 225, stelt het ten regte in de nabijheid van Bos cafer, en voegt er bij, dat tot deze soort, behalve de buffel van Abyssinië, waarschijnlijk ook de buffel van Angola behoort, welke door de bewoners dezer streek om zijn woest wezen algemeen gevreesd wordt. De Heer SCHLEGEL houdt dit dier tevens voor den Cataplepon der oude schrijvers, in... |
Tipo: Article / Letter to the editor |
|
Ano: 1852 |
URL: http://www.repository.naturalis.nl/record/504563 |
| |
|
|
|